In Almere is het aandeel ondernemers met een drugsveroordeling aanzienlijk hoger dan het landelijke gemiddelde. Dat blijkt uit nieuwe cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) over het jaar 2022.

Volgens het CBS ging het in Almere om 240 bedrijven waarvan de eigenaar of bestuurder is veroordeeld voor een drugsdelict – goed voor 1,3 procent van alle ondernemingen in de stad.

Ruim boven landelijk gemiddelde

Het landelijke gemiddelde ligt op 0,7 procent, waarmee Almere bijna twee keer zoveel veroordeelde bedrijfseigenaren telt als gemiddeld in Nederland. Ook Lelystad scoort hoog met 1,0 procent, oftewel zeventig ondernemers die veroordeeld zijn voor bijvoorbeeld bezit, handel of productie van soft- of harddrugs.

In Dronten ligt het cijfer juist extreem laag: slechts tien ondernemers hadden in 2022 een drugsveroordeling, wat neerkomt op 0,2 procent.

Bouwsector meest getroffen

In Almere komen de meeste veroordelingen voor in de softdrugscategorie. Opvallend is dat binnen de bouwsector relatief het vaakst ondernemers met een drugsveroordeling voorkomen. Maar liefst 3,5 procent van de Almeerse bouwbedrijven heeft een eigenaar met een dergelijke straf op naam.

Almere op twaalfde plaats landelijk

Met het percentage van 1,3 procent staat Almere op de twaalfde plaats op de nationale ranglijst van gemeenten met het hoogste aandeel veroordeelde bedrijfseigenaren.

De top drie wordt bezet door gemeenten in Zuid-Limburg: in Heerlen, Kerkrade en Brunssum heeft meer dan 2 procent van de ondernemers een drugsveroordeling op hun naam staan.

Dronten blijft nuchter

Dronten is een duidelijke uitzondering in de regio. Geen enkele andere Nederlandse gemeente waarvan cijfers beschikbaar zijn, telt relatief zo weinig ondernemers met een drugsveroordeling. Met 0,2 procent scoort Dronten ver onder het gemiddelde en laat het Almere en Lelystad daarmee ver achter zich.

De cijfers roepen vragen op over de ondermijnende criminaliteit in het bedrijfsleven, met name in stedelijke gebieden zoals Almere. Lokale autoriteiten benadrukken dat toezicht en preventie cruciaal zijn om deze trend te keren.